In de keuken en jungle van Sri Lanka

In de keuken

Van Polonaruwa rijden we naar Kandy. Onderweg stoppen we bij de grottempel van Dambulla. De tempel begint met een groot gouden boeddhabeeld, waarna (hoe kan het ook anders) velen traptreden volgen naar de grottempel zelf. Boven aangekomen geven wij onze slippers af bij de schoenenbewaking waarna wij met blote voeten de tempel mogen betreden. Dit brengt ons op het idee om in Nederland eens een 'zintuigenpad' te gaan belopen. Dat komt op ons to do lijstje. Goed, terug naar Sri Lanka. We lopen door een houten tempeltje en komen aan de andere kant op een open plein met links uitzicht over de vallei onder ons en rechts de ingang van de grottempels. Er zijn 5 grotten met samen tientallen boeddhabeelden. Wij leren dat een beeld van een liggende Boeddha verschillende betekenissen heeft. Liggen beide voeten gelijk aan elkaar, dan slaapt of rust Boeddha. Eindigt de ene voet wat verder dan de andere voet, dan betekent het dat Boeddha overleden is. Op het plafond van de grootste grot is het verhaal van Boeddha en de Bodhi-boom uitgebeeld. Iets wat natuurlijk sowieso al een betekenis heeft en wat voor ons dankzij 'ons' jongste neefje Bodhi extra bijzonder is. Het verhaal is dat Boeddha verlichting heeft gevonden onder de Bodhi-tree. Voor een periode van enkele weken heeft Boeddha een tijd rondjes gelopen om de boom, daarna heeft hij een tijd staan kijken naar de boom en uiteindelijk ging hij er onder zitten. Zonder voedsel, zonder afleiding (hoe erg de omstanders ook hun best deden Boeddha te verleiden met onder andere vrouwelijk schoon). Het begon te regenen en als bescherming kwam er een cobra die zich boven Boeddha uitstrekte en hem droog hield. Dat overtuigde ook de toen nog niet gelovigen van het bestaan van Boeddha. Dit verhaal is uitgebeeld in handgeschilderde grottekeningen, met daaronder de diverse boeddhabeelden als eerbetoon. Stuk voor stuk uit de rots geslepen waardoor het een geheel is gebleven.

Na deze grottempel reizen we, met onze slippers weer aan, verder naar een 'spice garden'. Tijd om eens te leren wat we allemaal eten, drinken en op onze muggenbulten smeren hier ;-) We beginnen de tour met een spannende lunch. Spannend als in een dak dat plotseling instort doordat er een groot stuk fruit uit een boom valt, door de golfplaten heen en op een kleine afstand van ons op de grond belandt. Een houten dakonderdeel komt direct naast Tamara neer. Heel lief komt er een man aangesneld die eerst vraagt of wij oke zijn en daarna naar het plaats delict loopt. Daar treft hij een rijp stuk fruit aan, bijbehorende fruitvliegjes en kakkerlakken die verward op hun rug op de grond liggen te spartelen. De lunch smaakt iets minder goed dan de vorige lunches. Gek.

Na de lunch krijgen wij een rondleiding door de tuin en leren we alles over kaneel, vanille, chocola, gember, kruidnagel en kruidensmeersels die goed zijn voor migraine, insectenbeten, rimpels en verbranding. Een korte nek- en hoofdmassage sluit de rondleiding af. Geheel ontspannen en met een geur die niet anders kan worden omschreven als "heftig" reizen we verder. Einde van de middag komen we aan in Kandy. Een in de bergen gelegen grote stad, met een rivier er kronkelend doorheen en een meer in het centrum. Wij verblijven hier in een homestay net buiten de stad. We worden ontvangen door beide eigenaren en hun zoontje. Zij worden vergezeld door een waakhond, eekhoorntjes, vogels en rond schemering ook vleermuizen. Voor onze kamer die van alle gemakken voorzien is, hebben wij een terras met uitzicht op de ver onder ons gelegen rivier, waar een visarend zijn avondmaal aan het verzamelen is. 's Avonds schaft de pot "rice & curry" en cheesecake als toetje.

De volgende dag vertrekken we na het ontbijt met de eigenaar van de homestay naar de grote markt in het centrum van Kandy. Met de tuktuk, lekker lokaal, gaan we inkopen doen. De markt bestaat voor een groot deel uit groente- en fruitkramen en een kleiner deel uit vis- en vleeskramen. Aangekomen bij een zeer enthousiaste groente- en fruitboer hebben wij handen te kort. De lieve man wilt ons alles laten proeven wat hij verkoopt en dat betekent dat we al snel met een mango in onze mond, een lychee in onze linkerhand en een granaatappel in de rechter staan. Terwijl wij onze camera en boodschappentas ook graag vasthouden. De man pakt het volgende stuk fruit en wij bedanken hem vriendelijk doch snel: "sir, thank you, but please, this is enough". Wij voorzien namelijk dat het volgende stuk fruit direct door de vriendelijke man in onze mond moet worden gegooid... ;-) We kopen een voorraad van zijn ook aanwezige currybladen en gaan verder met shoppen. Terug bij de homestay geeft de vrouw des huizes ons kookles. Alles staat netjes klaar in de buitenkeuken. Wij beginnen met het betere snijwerk, waarna het raspen van de binnenkant van een kokosnoot volgt, het daaropvolgend maken van kokosmelk (kokosrasp met water mengen en kneden, zodat er melk ontstaat) en het maken van de basis voor curry's. Het resultaat mag er wezen: auberginecurry, bonencurry, linzencurry, wortelcurry, een kip-stoofpotje en eigen gemaakte papadums. Na de zelf gemaakte lunch bereiden we nog wat Sri Lankeese zoete lekkernijen, die we later op de dag met een kopje thee opdrinken.

Wij vertrekken, na het grondig uitpluizen van onze reisgids, met de tuktuk richting het centrum van Kandy. Onderweg stoppen wij bij een uitzichtspunt over de stad met in het midden het grote meer. De verleiding die geboden wordt door souvenirstands weten wij te weerstaan en we lopen vanuit de bergen naar beneden, langs het meer, uitkomend bij de bekende tempel van Kandy: de 'temple of the tooth'. Hier ligt de tand van Boeddha. Slippers weer uit, de tempel in. Als nuchtere Hollanders dat wij zijn beschrijven wij de tempel waarin de tand bewaard wordt als een uitermate groot, gouden tandendoosje :-) Wel een mooi versierd tandendoosje. Het tempelcomplex eromheen is bijzonder om te zien: veel mensen komen hier naar toe om offers te brengen in de vorm van licht (kaarsjes), geur (wierook en bloemen) en eten (rijst en fruit). Ook is er een kleinere tempel waar een overleden olifant is opgezet. Deze olifant heeft 50 jaar lang tijdens festivals de tand van Boeddha op zijn rug gedragen en is uitgeroepen tot 'nationale schat'.

Na een tuktukrit die door een eigenwijze chauffeur ("yes, I know where this is") drie keer langer dan nodig duurt komen we weer aan bij onze homestay. Daar wacht een snack op ons: pannenkoeken met honing-kokosvulling en zoete tarwepap met kokos, honing, rozijntjes en cashewnoten. Heerlijk!

In de jungle

De tocht van Kandy naar Gal Oya National Park duurt zo'n 5 uur. We maken dit keer een korte stop om water te kopen en een lokaal muggenbeetzalfje, aangezien we onze oh zo geliefde tiger balm in de homestay hebben laten liggen. In Gal Oya verblijven we in een luxe lodge. Jungle, voor de comfortliefhebber. De houten lodges zijn ruim opgezet met een zithoek, hemelbed, terras en open badkamer. De kraantjes zijn in de vorm van een olifantje, het zeepbakje is in de vorm van een olifantje en op het beddengoed staan... Inderdaad: olifantjes! Gal Oya is de plek in Sri Lanka waar het grootste kunstmatige meer is. Er zijn hier meerdere van dit soort meren, speciaal aangelegd in opdracht van verschillende koningen en premiers, met als doel dorpen en steden ook in het droge seizoen te kunnen voorzien van voldoende water. In Gal Oya heeft dit meer verschillende kleine eilandjes en de olifanten die hier leven zwemmen van het ene naar het andere eiland. Hoe tof is dat; om een zwemmende olifant te zien? Wij hebben werkelijk geen idee! ;-) Helaas hebben wij dit niet gezien en na nader onderzoek gedaan te hebben is het heel uniek als je dit wel ziet. Een gids van onze lodge heeft dit in de afgelopen 4 maanden 4 keer gezien. Wel allemaal in dezelfde maand, dus rekening houdend met bepaalde seizoenen kan men de kans vergroten. Je hoort ons echter helemaal niet klagen want de tour was hartstikke leuk en wij zitten dan weer wel in het goede seizoen om veel (trek)vogels te zien en grote groepen olifanten. In een bootje varen we tussen de eilanden door. Vogels vliegen af en aan en op 'bird island' zien we ook nestjes met de kleintjes erin. Deze ochtend spotten wij onder andere de bont gekleurde bijeneter, de ibis, de visarend, de ijsvogel 'white ... kingfisher' en de Indian roller. We zien daarnaast ook iets grotere dieren. Op twee eilandjes spotten we een mannetjesolifant. Mannetjesolifanten leven alleen en de kans om deze singles in Gal Oya te zien is het gehele jaar groot. Naast deze twee hebben we het geluk om een kudde in de verte te spotten van vrouwtjes en baby-olifanten op een ander, groter eiland. Zo'n stuk of 15-20 olifanten. Onze gidsen leggen de boot daar aan en te voet naderen we de olifanten. Best spannend, want de eerste tientallen meters zien we de olifanten niet omdat we een heuvel oplopen. Eenmaal bovenop de heuvel zien we de kudde in de 'mindere verte' staan. Ze ruiken ons want meerendeel verdwijnt langzaam in het struikgewas. Gelukkig blijven er 3 olifanten waaronder een kleintje staan, zodat wij ons kunnen verwonderen over het feit dat onze relatief kleine voeten op hetzelfde eiland staan als de grote poten van de olifanten die we zien. Ondanks dat we de afgelopen dagen regelmatig olifanten spotten, tijdens tours en ook onderweg van A naar B, blijft dit indrukwekkend. Wanneer we daarna, als we teruglopen naar de boot, ook nog de sporen van een krokodil in het zand zien voelen we ons erg nietig. Hier, midden in de jungle. Vanuit de boot stappen we over op het land en in de auto, terug naar onze lodge. Daar aangekomen is het pas 10 uur 's ochtends (ja, ook wij staan elke dag vroeg op, net als jullie ;-)) en doen we de rest van de dag rustig aan. Laat ontbijten, van het uitzicht genieten, lunchen, zwemmen, blog schrijven (er is hier in de jungle geen bereik en geen internet, maar dan hebben we het maar alvast op 'papier' staan) en relaxen in de zon. Straks nog avondeten, genieten van een nacht junglegeluiden terwijl we veilig onder onze klamboe liggen en morgen weer op pad. De jungle uit, de theevelden van Nuwara Eliya in.

Liefs van ons!